In de zetel onderuit
Met een pintje in zijn hand
De kamer stinkt naar drank
Op de vloer een oude krant
Zijn ogen die staan dof
De levenslust is weg
Het huis werd leeg gehaald
Een opeenvolging van pech
Geen toekomst in het verschiet
In de ban van de drank
Zijn rekening op negatief
Hij is gekend bij de bank
Als een dief in de nacht
Gaan zijn ogen weer stralen
Als dat kind binnenkomt
Om hem weer op te halen
Hij kijkt haar aan
En glimlacht zacht
Neemt haar in zijn armen
Zijn pijn die verzacht
Alles is hem al ontnomen
Maar zijn kleinkind blijft bij hem
Een lichtje in zijn duisternis
En dan klinkt haar stem
Ik hou van jou opa
Een traan rolt naar benee
Hij neemt haar handje vast
En gaat dan met haar mee